AANDACHTSGEBIEDEN KINDEREN

ARTICULATIE
Als we praten spreken we in zinnen en deze zinnen bestaan uit woorden, klankgroepen en losse klanken. Door het verkeerd uitspreken of weglaten van klanken krijgen woorden een andere betekenis.

TAALONTWIKKELING
Om te communiceren met anderen is taal van essentieel belang. Gedachten worden door taal overgebracht. Wanneer taal onvoldoende beheerst wordt, wordt de communicatie met anderen beperkt.

AUDITIEVE VERWERKING
Wanneer kinderen kleine verschillen tussen klanken niet (goed) kunnen horen, kan dit van invloed zijn op de taal-, spraak-, lees- en spellingsontwikkeling.

AFWIJKENDE
MONDGEWOONTEN
Afwijkende mondgewoonten hebben een negatieve invloed op het spreken, gehoor, gebitsstand en de gezondheid. Onder afwijkende mondgewoonten vallen kwijlen, mondademen, afwijkend slikken en kauwen, duim- en vingerzuigen, langdurig speengebruik, foutieve lipgewoonten en tonggewoonten en nagelbijten.

STOTTEREN/ BRODDELEN
Stotteren kenmerkt zich door blokkades, verlengingen en/of herhalingen in het spreken. Bij broddelen is het spreken vaak slordig en lastig, waarbij woorden of delen van woorden worden 'ingeslikt'. Beiden zorgen voor problemen in de verstaanbaarheid.

STEM
Verkeerd stemgebruik of een aandoening aan de stembanden veroorzaakt stemklachten. Het stemgeluid wijkt af in klank (te hees of schor), omvang (te laag of hoog) en volume (te zacht of hard).
​
​
​
​